Je hebt een goed plan – tijd nemen om in huis op te gaan ruimen.
Maar hoe begin je… Ik geef je enkele belangrijke tips!
- Begin met die ruimte (of kast, etc.) waar je het meeste last van hebt
- A – Splits het in stukken; dus elke keer een plank, een doos, een hoek van de kamer. Of:
- B – Verzamel alles van één soort (bijvoorbeeld al het gereedschap, alle sportspullen), maak keuzes en berg op. En op naar het volgende project.
- Verdeel je energie en neem de tijd om te organizen. Het hoeft (en kan) niet allemaal in één dag. Het heeft ook even geduurd voordat de stapels, de volle kast of kamer ontstaan zijn…
- Bedenk wat je met spullen gaat doen die je niet meer wil houden. Weggooien, naar de recycling of kringloop, of misschien verkopen. Spreek dat goed met jezelf (en evt. anderen) af, dat maakt het beslissen makkelijker. Zet dozen klaar voor spullen die weggaan, en zorg ook dat die zo snel mogelijk het huis uit gaan.
- Stel drie vragen: Hoeveel heb ik hier van? Heb ik het nodig? Vind ik het mooi (of: word ik er blij van)?
- Geef de spullen die blijven, zo snel mogelijk een eigen, vaste plek. Dat kan ook een mooie bewaardoos zijn voor dierbare spullen.
- Hou altijd ruimte over. In de kast, in de doos, op de plank. Je vindt daardoor makkelijker iets terug én er kan altijd nog wat bij. Een kwart ruimte over houden is een organizing regel.
- Hou het bij. Ruim elke week alle rondslingerende spullen op. Als alles een vaste plek heeft, is het zó gebeurd! En heb je iets nieuws? Hanteer dan de regel – één er in, één er uit.